Het geld van de toekomst/WIR

Uit Aardnoot
< Het geld van de toekomst
Versie door Martien (overleg | bijdragen) op 12 mrt 2009 om 15:13 (Nulde versie)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Frankrijk: ‘Le Grain de Sel’

Het geld van de toekomst (220)
Bernard Lietaer

Munteenheden voor regionale ontwikkeling

‘WIR’60 is een Zwitsers voorbeeld van een complementaire munteenheid die voor en door een gemeenschap van individuen en kleine zakenlieden wordt gedreven. Het is om drie redenen interessant. Ten eerste is het het oudste nog werkende systeem in de moderne westerse wereld. Het werd in 1934 in Zürich opgericht door zestien leden en is sindsdien, zestig jaar lang, zowel in aantallen deelnemers als in zakelijke omvang voortdurend blijven groeien. Ten tweede geeft het aan dat complementaire munteenheden zin hebben, zelfs in het meest conservatieve en zakelijke kapitalistische land met een van de hoogste levensstandaarden ter wereld. Ten derde is het een systeem dat tot een respectabele omvang gegroeid is. In 1994, bij de 60e verjaardag van het WIR-systeem, bereikte het jaarlijkse verkoopvolume 2,5 miljard Zwitserse francs (dat wil zeggen meer dan 1,5 miljard euro). De 80.000 leden komen uit alle streken van het land. WIR werkt in vier talen en is eigenaar van een eigen bankgebouw en van zes indrukwekkende regionale kantoren.

‘WIR’is een afkorting van Wirtschaftsring-Genossenschaft (ruwweg te vertalen als ‘Economische Onderlinge Steunkring’) en is ook het voornaamwoord ‘wij’ in het Duits.

Twee van haar belangrijkste oprichters, Werner Zimmerman en Paul Enz, waren echte zieners van hun tijd (zie kader).

Er zijn twee manieren waarop een lid WIR-eenheden kan krijgen: door het verkopen van een goed of dienst aan iemand anders in de kring, of door een WIR-tegoed te krijgen van het coördinatiecentrum. Met andere woorden, de WIR is een hybride vorm van onderling krediet (als de transactie geschiedt door een goed direct te verkopen) en fiat-geld (als er een lening door het centrum wordt verstrekt). Zo’n krediet heeft een zeer lage rentevoet (1,75% per jaar). In de praktijk worden deze kredieten vaak gegarandeerd door onroerend goed of door een ander bezit. Zoals met alle munteenheden het geval is blijft vertrouwen de basis. De WIR-kredieten worden automatisch uit de circulatie verwijderd wanneer een lid een lening aan het centrum terugbetaalt.

De waarde van de WIR is gekoppeld aan de Zwitserse franc (dat wil zeggen 1 WIR = 1 CHF), maar alle betalingen moeten in WIR gedaan worden. (In technisch taalgebruik: de rekeneenheid is de Zwitserse franc, maar het betaalmiddel is de WIR.)

De leden zeggen dat zij om de volgende redenen aan WIR-ruilhandelingen meedoen:

  • het is een erg kosteneffectieve manier om zaken te doen: de commissie op verkopen die binnen WIR plaatsvinden, is beperkt tot 0,6%;
  • krediet is veel goedkoper dan in de nationale munteenheid;
  • het geeft toegang tot een vooraf geschoond en trouw klantenbestand;
  • er worden andere diensten verzorgd (direct mail, publiciteit onder de leden, publicaties en dergelijke);
  • het biedt een buffer tegen externe verstoringen, zoals een plotselinge verhoging van de rentevoet voor de nationale munteenheid, of andere economische rampen;
  • het is een manier voor kleine ondernemingen om enkele van de voordelen te verkrijgen waar anders alleen grote ondernemingen toegang toe hebben.

De WIR geeft derhalve een idee van het economisch potentieel van een complementaire munteenheid wanneer die tot volledige wasdom kan komen.