Het geld van de toekomst/Een Global Reference Currency (GRC) en de Terra eenheid

Uit Aardnoot
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Verziende Bril?

Het geld van de toekomst ({{{page}}})
Bernard Lietaer

Theoretisch en praktisch verantwoord

Ik noem een Global Reference Currency het generieke concept van een munteenheid die niet gebonden is aan één specifiek land en waarvan het voornaamste doel is een stabiele en betrouwbare munteenheid te geven die als referentie kan dienen voor internationale contracten en handel.

Bovendien zal ik voor een speciaal soort GRC als rekeneenheid voorstellen de Terra, die bedoeld is om die munteenheid stevig te verankeren in de materiële en fysieke wereld. In de introductie is uitgelegd dat een van de redenen dat het wereldwijde casino van de munteenheden zo woest tekeer kan gaan, het losmaken van de band tussen de financiële wereld en de fysieke werkelijkheid is, een band die in 1971 werd verbroken door president Nixon. In deze rol zou de Terra verwant zijn aan de gouden standaard uit de 19e eeuw.

De Terra wordt gedefinieerd als een standaardmand met grondstoffen en diensten die van bijzonder belang zijn voor de internationale handel en hun relatieve gewicht in de standaardmand zou idealiter hun relatieve belang in de wereldhandel moeten weergeven. De waarde van de Terra zou bijvoorbeeld kunnen worden vastgesteld als:

1 Terra =

1/10 vat olie (bijvoorbeeld Brent kwaliteit)
+ 1 bushel tarwe (Chicago Mercantile Exchange)
+ 2 pond koper (London Metal Exchange)
+ 1/100 ounce goud (New York)
+ enzovoort

(Merk op dat de specifieke grondstoffen, hun kwaliteit, leveringsvoorwaarden en respectieve gewicht in de Terra eenheid hier slechts worden voorgesteld als voorbeeld. In de praktijk zou dit deel moeten uitmaken van een door de deelnemers onderhandelde overeenkomst. Deze standaard zou ook diensten kunnen opnemen of indices die dienen om de stabiliteit verder te laten toenemen.) De Terra heeft de volgende belangrijke eigenschappen en gevolgen:

  • Deze munteenheid kan per definitie inflatiebestendig gemaakt worden. Inflatie wordt altijd gedefinieerd als de waardeverandering van een mand goederen en diensten, dus in zoverre de mand waaruit de Terra is samengesteld representatief is voor de wereldhandel, wordt inflatiebestendigheid voor de wereldwijde handel automatisch verkregen.
  • De waarde van deze nieuwe Terramunteenheid kan gemakkelijk worden vertaald naar elke bestaande nationale munteenheid. Iedereen die de Terra wil waarderen in zijn of haar eigen munteenheid hoeft alleen maar de prijzen na te kijken van de grondstoffen die in de mand zijn opgenomen. Die prijzen worden al gepubliceerd op de financiële pagina’s van alle belangrijke klanten ter wereld en zijn real time overal op het net beschikbaar.
  • Nog belangrijker is het feit dat deze munteenheid ook automatisch converteerbaar is in elke bestaande nationale munteenheid, zonder de noodzaak van een nieuw verdrag of een nieuwe internationale overeenkomst. Iedereen die in deze munteenheid wordt betaald, zou de keuze hebben om gewoon het mandje grondstoffen te ontvangen op vooraf afgesproken wijze (bijvoorbeeld de reeds bestaande termijnbeurzen voor de verschillende futures markten). Deze bestaande grondstoffenmarkten kunnen ook de plek zijn om desgewenst kasgeld in de conventionele nationale munteenheid te krijgen voor de geleverde producten. We kunnen verwachten dat—naarmate het systeem betrouwbaar en geloofwaardig blijkt te zijn—steeds minder mensen de behoefte voelen om dit proces van kwitanties inwisselen tegen kasgeld te doorlopen.
  • Het systeem zal automatisch de neiging hebben tegen de heersende economische cyclus in te gaan. Het zal de neiging hebben om de economie aan te zwengelen ten tijde van een verslechtering van de cyclus en zal inflatoire tendensen afzwakken ten tijde van een hoogconjunctuur (zie voor details het kader over economisch technisch taalgebruik).
  • Maar de belangrijkste reden voor ons doel is hier, dat de duurzaamheidsvergoeding ‘op vanzelfsprekende wijze’ opgenomen is in het systeem. Het garandeert daardoor de volledige integratie van de voorgestelde munteenheid in het bestaande marktstelsel van de ‘werkelijke’ economie in al haar aspecten.

Aan het opslaan van grondstoffen zijn inderdaad echte kosten verbonden, en de duurzaamheidsvergoeding zou gewoon de opslagkosten van de overeengekomen mand met grondstoffen zijn. Deze opslagkosten (en daarmee de duurzaamheidsvergoeding) zijn in een nauwgezette studie voor een Commodity Reserve Currency (reservemunteenheid op basis van grondstoffen) geschat op 3 tot 3,5% per jaar.118

Merk op dat deze kosten geen nieuwe kosten voor de economie als geheel zijn. Dezelfde kosten zijn al in de huidige economie opgenomen. Wat wordt voorgesteld is eenvoudig het overboeken van deze bestaande kosten naar de houder van de Terra, waardoor deze de nuttige sociale functie van een duurzaamheidsvergoeding krijgen.