Het geld van de toekomst/Enkele politieke lessen

Uit Aardnoot
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Betaalmiddel tijdens de depressie in de VS

Het geld van de toekomst (204)
Bernard Lietaer

‘Technische’ monetaire besluiten en politieke gevolgen

De belangrijkste les is dat datgene wat vervelende technische besluiten over regulering van bankieren en munteenheden lijkt te zijn, waarschijnlijk de grootste politieke tijdbom op aarde kan vormen. We kunnen niet bewijzen dat Hitler niet gekozen zou zijn of dat de Anschluss niet zou hebben plaatsgevonden als de Wara en andere zegelgelden aan de basis van de samenleving tot bloei hadden mogen komen. We kunnen evenmin bewijzen dat de Tweede Wereldoorlog niet zou hebben plaatsgevonden als het pad dat in de jaren dertig níét werd ingeslagen, een kans zou hebben gekregen. Er zijn duidelijk vele andere variabelen die zulke ingrijpende fenomenen beïnvloeden. De geschiedenis is geen laboratoriumexperiment waarin we weer vanaf nul kunnen gaan proberen en keurig slechts één variabele tegelijk kunnen veranderen.

De historie toont echter aan dat het de kop indrukken van populaire initiatieven aan de basis van de samenleving, waar mensen proberen hun problemen op lokaal niveau op te lossen, geholpen heeft om een ontwikkelde samenleving haar minderheden op gewelddadige wijze te onderdrukken en haar naar minder democratie en uiteindelijk naar oorlog te leiden. Dat zulke onderdrukking die macht heeft zal ons niet verbazen, gegeven de cumulatieve aard van de ‘vicieuze cirkel van werkloosheid’ die we eerder in figuur 5.1 zagen. Mussolini had gelijk toen hij beweerde dat ‘fascisme geen doctrine is, maar het antwoord op de noodzakelijkheid van actie’.

De jaren dertig waren eens te meer een demonstratie van de ‘vicieuze cirkel van werkloosheid’ die werkloosheid, geweld, angst, politieke polarisatie en instabiliteit met elkaar verbindt. Het sluiten van de lus naar nog meer werkloosheid werd slechts vermeden door de hoogste instabiliteit van alles: oorlog.

Op grond van deze historische gegevens kunnen we drie opmerkingen maken:

  • Wie het besluit neemt initiatieven voor complementaire munteenheden de kop in te drukken moet ook verantwoordelijk worden gehouden voor het geven van alternatieve oplossingen en voor het vinden van het geld dat nodig is om voor de geleverde diensten te betalen. Het is gewoon verkeerd om die complementaire munteenheden op een of ander technisch punt tegen te houden en de daaropvolgende sociale en politieke puinhoop en wanhoop zijn gang te laten gaan, omdat we precies weten waar dat heen leidt. Dat hebben we al een keer eerder meegemaakt.
  • Het tegenhouden van individuen of groepen bij het op lokaal niveau oplossen van hun eigen problemen vraagt automatisch om een Redder. Zo’n redder komt er ook altijd, of hij nu Centrale Overheid heet, of Führer, Duce, Zhirinofsky, Buchanan, Le Pen of Gianfredo Fini, of elk van hun opvolgers.
  • De geschiedenis toont ook aan dat de enige echt effectieve manier voor een gecentraliseerde aanpak op grote schaal om serieus structurele werkloosheid te verminderen, de voorbereiding op oorlog is. Zulke economische redenen voor oorlog zijn niet alleen voor de Tweede Wereldoorlog gevonden, maar ook voor vele andere historische en toekomstige conflicten. De hopeloze geldsituatie in Rusland in 1999 doet vrezen dat het post-Jeltsin-regime hoogstwaarschijnlijk een herbewapening zal gebruiken om de werkloosheid te verminderen.