Het geld van de toekomst/Organisatorische vereisten
← | → |
De fundamentele verschuiving die nodig is, is een organisatorische verschuiving. Ik stel hier voor dat, in aanvulling op het hiërarchische (Yang) beveel-en-heers nationale geldsysteem, in de postindustriële overgangsperiode die we nu zijn binnengetreden moet worden toegestaan dat zich flexibeler, opener, zich aanpassende systemen (Yin) mogen ontwikkelen. De redenen hiervoor kunnen het best worden begrepen door de eigenschappen van een volwassen industriële samenleving te vergelijken met die van een postindustriële samenleving, zoals in de tabel is gedaan.
oude omgeving | nieuwe omgeving |
---|---|
(volwassen industrieel tijdperk) | (postindustrieel tijdperk) |
aanname van voorspelbaarheid en beheersing | aanname van fundamentele structurele veranderingen |
gecentraliseerde kennis en informatie | verspreide kennis en informatie |
oplossingen op basis van expertise | vele deelnemers experimenteren met nieuwe patronen |
structuren van bevel en beheer | complexe, zich aanpassende structuren |
Zolang de aanname gold dat we leven in een omgeving die zowel voorspelbaar als beheersbaar is (allebei belangrijke Yang-aannames), was het zinvol om informatie te centraliseren en de beslissingen over te laten aan ‘experts’. De meest samenhangende managementstructuur in zulke omstandigheden is de traditionele hiërarchische structuur van beveel en heers, die nu bijna overal voorkomt. Maar als verstoringen en crises zich naar vele gebieden uitbreiden (bijvoorbeeld: wereldgeldstelsel, overheden, opleiding, milieu, banen)—als de overgang naar een informatie economie inderdaad een Age of Uncertainty151 wordt—is de tijd rijp om de oude organisatorische aannames te heroverwegen. Onder zulke omstandigheden, als we vasthouden aan de oude aanjagers gebaseerd op bestaande expertise, zullen hiërarchische structuren van beveel en heers op voorspelbare wijze de door de omstandigheden absoluut vereiste innovaties om zeep helpen.
Tony Judge, die door Alvin Toffler beschreven werd als ‘een van onze meest briljante theoretici op het gebied van organisatie’, stelt dat de organisaties van de toekomst de vorm zullen aannemen van ‘netwerken die door niemand worden gecoördineerd; de deelnemende partijen coördineren zichzelf’.
De eerste eigentijdse implementatie op grote schaal van zulke principes werd voor elkaar gebracht door Dee Hock, toen hij in de jaren zeventighet systeem van VISA creditcards oprichtte.152 VISA is spectaculair gegroeid en werd de grootste winstgerichte organisatie ter wereld: zij heeft verkopen ter waarde van $1,3 biljoen per jaar en bedient 600 miljoen klanten. Maar weet u toevallig waar haar hoofdkantoor staat? Of op welke aandelenbeurs u haar aandelen kunt kopen? Het verrassende antwoord is dat er nergens een hoofdkantoor is of beschikbare aandelen zijn. En toch werkt zij efficiënt en is het aantal medewerkers gegroeid tot 3000 in 21 kantoren op vier continenten. Zij is gestructureerd als een samenwerkingsverband van meer dan 20.000 financiële instellingen in meer dan 200 landen en gebieden. Zij heeft een structuur waar alle relevante beslissingen door het hele systeem vloeien in plaats van alleen van de top te komen. Dee Hock noemt het de eerste ‘chaord’ onderneming (een nieuw woord dat hij verzonnen heeft om een organisatie te beschrijven die zowel ‘chaotisch’ als ‘geordend’ is). ‘Laat mij eens de president directeur van het bos zien, laat mij eens de belangrijkste financiële vis in de vijver zien, laat mij eens (op zijn hoofd kloppend) de neuron directeur van de hersens zien.’153
Het is inderdaad waar dat dit alles niet alleen van toepassing is op monetaire zaken of ondernemingen. Het pionierswerk van het Santa Fe Institute op het gebied van complexe aanpassingssystemen heeft deze principes aangetoond in allerlei soorten systemen (fysiek, biologisch, sociaal, economisch enzovoort) die een bepaald niveau van complexiteit bereiken. De complexiteitstheorie zegt dat, in tegenstelling tot newtoniaanse logica, complexiteit niet lineair toeneemt maar plaatsvindt met niet lineaire sprongen, in periodieke stadia van ‘zweven aan de rand van de chaos’. Deze perioden van ‘bijna chaos’ treden op als systemen zich vernieuwen en herstructureren op het volgende niveau van complexiteit, aldus Nobelprijswinnaar Ilya Prigogine.
Ik ben van mening dat we nu begonnen zijn ‘te zweven aan de rand van de chaos’, dat de huidige crisis van de dominante instellingen van de moderne samenleving het teken is dat de mensheid begonnen is zich te reorganiseren op het volgende niveau van complexiteit. (Zie het kader over de metafoor van de vlinder.) Daarom zitten we nu in een overgangsperiode, de periode ‘tussen de verhaaltjes’ van de Hogedrukketel van hoofdstuk 1.
Het grootste gevaar op monetair gebied is dat enkele van de spontaan opkomende nieuwe monetaire niveaus geblokkeerd zullen worden (historisch bezien zal dat het meest waarschijnlijk geschieden met het plaatselijke niveau, omdat dit het gemakkelijkst te onderdrukken is), terwijl andere niveaus mogen bloeien (bijvoorbeeld particulier ondernemingsgeld, omdat dat buiten de beheersmogelijkheden van individuele centrale banken ligt). Zo’n uitkomst zou de evenwichtsverstoring naar Yang-munteenheden en waarden in ons economisch stelsel doen voortduren, juist op het moment dat een instroom van Yin nodig is. Traditionele structuren van beveel en heers zullen dan niet in staat zijn de chaos in de bestaande oude orde te vermijden, maar men moet hun kracht om zich embryonale pogingen om een nieuwe orde te scheppen van het lijf te houden niet onderschatten.
De biologie van de metamorfose van een rups in een vlinder is door Norie Huddle gebruikt als een metafoor voor onze tijd.154 Als de rups aan zijn gedaanteverandering begint lossen speciale cellen – imagocellen genoemd – zich letterlijk binnen het lichaam van de rups op om een vormloos uitziende vloeistof te vormen. Daarna beginnen deze cellen zich met elkaar te verbinden om nieuwe netwerken te bouwen en ten slotte herstructureren zij het geheel naar het wonder van de vlinder. De moderne beschaving is nu de ontbindingsfase ingegaan en de imagocellen zijn begonnen zich buiten de traditionele communicatiekanalen te verbinden, met gebruikmaking van de cybersfeer. Duurzame Voldoening is de vlinder, een mogelijke uitkomst zoals die al beschreven werd in de ‘Vier Seizoenen in 2020’ (hoofdstuk 1). |